Maatschappelijke organisaties en bewindvoerders zijn onze ‘ogen en oren’

Maatschappelijk werkers zijn in feite ‘onze ogen en oren’ bij de gezinnen of alleenstaanden die een huisdier bezitten. Eigenaren die door omstandigheden verkeren in ernstige minima situatie.

Door het geven van presentaties aan maatschappelijke organisaties en bewindvoerders over armoede en huisdieren, ervaren wij dat maatschappelijk werkers meer aandacht gaan krijgen voor de huisdieren van de cliënten die ze ondersteunen. Zij komen bij hun cliënten thuis en kunnen herkennen of het welzijn van een huisdier -door de armoede van de eigenaar- in gedrang komt. Maatschappelijk werkers kunnen ook namens hun client met de stichting contact opnemen met een steunvraag.
Zo kunnen wij -onder specifieke voorwaarden en binnen ons vermogen- een huisdier medisch laten behandelen of in geval van nood (acute opname van de eigenaar of door een huisuitzetting) helpen bij het zoeken naar tijdelijk opvang voor het dier of definitieve herplaatsing. De stichting kan geen garantie geven voor steun, omdat ze zelf volledig afhankelijk is van donaties en giften van derden.

Een huisdier is een belangrijk gezinslid

Een huisdier is voor veel mensen een belangrijk bezit. Het hebben van een huisdier kan ertoe bijdragen dat mensen hun sociale contacten kunnen blijven behouden, dat ze gezonder blijven, omdat ze door het uitlaten van de hond of verzorgen van de andere dieren meer bewegen en buiten komen. Ook voor jonge kinderen in een armoede gezin kan het verzorgen van een huisdier ertoe bijdragen dat ze meer eigenwaarde hebben en weerbaarder zijn. Wij gunnen mensen met kleine beurs natuurlijk ook de warmte en genegenheid van een huisdier en proberen -binnen onze mogelijkheden- deze eigenaren steun te bieden.

Teveel dieren is wachten op problemen

Wij stimuleren niet het nemen van nieuwe huisdieren want dat is wachten op problemen. Wij adviseren dan ook aan eigenaren om -hoe emotioneel dan ook –  toch serieus te overwegen het aantal huisdieren te beperken. Als huisdieren nog goed gezond zijn, zijn ze beter herplaatsbaar. Een ziek dier wil niemand meer en dan geldt toch ‘voorkomen is beter dan genezen’. 

Regelmatig zien wij dat huisdieren niet zijn gechipt, nauwelijks zijn ingeënt, ontwormd en ontvlooid en niet of amper onder ogen komen van de dierenarts. Veel huisdieren van minima zijn niet gecastreerd of gesteriliseerd, met als gevolg aanwas van -niet geplande- nestjes kittens of pups. Ook dat brengt weer verantwoording en onvoorziene kosten met zich mee.

Aandacht voor armoede en huisdieren

Wij vragen bij diverse instanties, zoals: overheden, collega dierenwelzijn organisaties, maatschappelijke organisaties en bewindvoerders aandacht voor armoede en huisdieren, met het doel om goed samen te werken en steun te bieden aan deze groep huisdieren. Natuurlijk proberen wij eigenaren bewust te maken dat het hebben van teveel huisdieren grote problemen met zich kan brengen. Preventief beleid is dan ook essentieel.